LEREN
Hoe honden leren
Honden kunnen op twee manieren worden ceconditioneerd om nieuw gedrag aan te leren.
Via het onvrijwillig leren : hierbij worden een eerste, neutrale prikkel gekoppeld aan een tweede prikkel zodat ze uiteindelijk dezelfde prikkelwaarde krijgen. De Russische gedragonderzoeker Pavlov heeft de basis gelegd voor deze leermethode.
Via het vrijwillig leren : deze manier van leren is geheel gebaseerd op het belonen van gewenst gedrag en het bestraffen van ongewenst gedrag. De Amerikaanse psycholoog Skinner heeft de grondslag gelegd voor deze manier van leren. Hierbij gaat men ervan uit dat gedrag, gekoppeld aan positieve gevoelens steeds meer zal voorkomen. Gedrag, gekoppeld aan negatieve gevoelens zal steeds minder voorkomen.
Onvrijwillig leren.Als u de hond wilt leren zitten zegt het woord "zit" ( eerste prikkel ) hem helemaal niets, hij begrijpt echt niet wat er van hem verwacht wordt. Als u echter "zit" zegt en direct aansluitend op zijn achterwerk duwt ( tweede prikkel ) zal de hond, na enige tijd, door hebben wat de bedoeling is. De eerste prikkel ( het woord "zit") krijgt dezelfde waarde als de tweede prikkel, het duwtje.
Uit onder-zoek is gebleken dat het belangrijk is dat prikkel 1 vlak voor prikkel 2 wordt gegeven, anders werkt het niet goed. Na verloop van tijd wordt er een blijvende combinatie gemaakt en gaat de hond bij het commando "zit "ook zitten. Een hond is een gewoontedier. Door een bepaalde oefening steeds maar weer te herhalen wordt het uiteindelijk ( bij dagelijks oefenen, na ongeveer zes weken ) een automatisme Als het zover is zakt hij, zonder hulp of beloning bijna als vanzelf door zijn poten om op zijn kontje te gaan zitten na het commando "zit ".
Het duwtje op het achterwerk wordt door de hond vaak als negatief ervaren, tegenwoordig leren we de hond op positieve wijze de zitoefening aan. We laten hem bij het aanleren op een bepaalde wijze achter een brokje of speeltje aangaan om hem te laten zitten.
Het vrijwillig leren.Als de baas ziet dat de hond van plan is om te gaan zitten, geeft hij hem snel het commando "zit", en op hetzelfde moment dat zijn kontje de grond raakt, wordt hij enthousiast beloond met zowel een brokje als met de stem "bráááááf ". Dit geeft hem een prettig gevoel. Als dit enige tijd wordt herhaald dan kan de baas met het commando "zit " beginnen, want hij weet dat het intussen een leuke oefening is en dat het een prettig gevoel oplevert. Beloon wel altijd samen met de stem, deze krijgt dan dezelfde beloningswaarde als het brokje.
In het begin ( leerfase ) wordt de hond iedere keer na de uitvoering van een nieuwe oefening beloond. Voert hij de oefening steeds perfect uit ( beheersingsfase ), dan wordt hij, na verloop van tijd, variabel beloond om de spanning erin te houden. Uit onderzoek is gebleken dat, als een hond de oefening goed kent, de beloning meer waarde heeft als hij hem af en toe krijgt toegediend, dan iedere keer na uitgevoerd gedrag. In de praktijk wordt een bepaalde oefening met hulp ( achter het brokje of speeltje aangaan ) aangeleerd en daarna volgt de beloning ( prettig gevoel ). Door beide leerprincipes te combineren leert de hond nog sneller.....
Aandacht van de hond voor de baas is natuurlijk heel belangrijk als deze hem een bepaalde oefening wil aanleren. Zonderr aandacht is de hond met zijn eigen zaken bezig en niet bereikbaar voor zijn baasje. Ongewenst gedrag wordt gecombineerd met een onprettig gevoel, bijv. door hem te laten schrikken. Als hij in de kamer bezig is een plant uit de plantenbak te trekken, gooit u iets naar hem toe wat lawaai maakt en hij zal schrikken ( onplezierig gevoel ). Hij heeft bovendien het idee dat hij terplekke door de plant zelf wordt gestraft. Als u, als leider, deze schrik bevestigt door hem te troosten, weet hij zeker dat het een enge plant is. Deze schrik mag u bevestigen door hem te troosten, omdat het in uw voordeel werkt, u wilt de hond dit gedrag afleren. Soms is één keer laten schrikken niet genoeg, soms moet het nog één of twee keer herhaald worden, dat hangt af van de motivatie van de hond en de mate van de schrik die hij beleefd. Heeft hij af en toe succes, dan zal hij het blijven doen ( variabele beloning ).
Wat heel belangrijk is, is het moment van belonen en straffen. Komt de beloning of straf iets te vroeg of te laat, dan wordt het verkeerde gedrag bekrachtigd. Beloning en straf moet binnen een halve seconde na uitgevoerd gedrag volgen, dus bijna tegelijkertijd. Net als bij het vrijwillig leren geldt, dat een sterke beloning beter werkt dan een zwakke en een zware straf ( de gevoeligheid van de hond in aanmerking genomen !!!!!) veel meer effect heeft dan een zacht " foei ".
Hoe u nooit mag straffen.........
Straf uw hond zo min mogelijk maar probeer hem bij positief gedrag te belonen..........
Als hij het echter te bont maakt moet u echter nooit: ..
- Doorgaan met straffen als de hond zich overgeeft.
- Achteraf straffen
- Straffen op zijn plaats, .....dit is zijn veilige plaats waar hij zich fijn moet voelen.
- Voor straf naar zijn plaats sturen .....
Straf moet doorkomen, maar moet de hond niet bang maken voor degene die hem bestraft.
Het aanleren van een gedrag kan de hond ook zelf doen door het nabootsen (imiteren) van andere, meestal ranghogere honden. Dit kan zowel negatief als positief uitvallen. Jonge honden, die bij een schaapskudde worden gebruikt leren veel van de al ervaren, oudere honden. Eén negatieve vorm komt voor als de moederhond angstig of nerveus is en de puppies dit gedrag overnemen. Een reden te meer om niet met angstige honden te gaan fokken.....
De hond leert ook door stemmingsoverdracht, het opgewonden of bang zijn van de baas merkt de hond op en het wordt overgenomen (baas is bijv. bang voor een bepaalde hond, bang voor onweer).
Men is nog steeds bezig gedrag van honden te bestuderen, de laatste jaren ontwikkeld het onderzoek zich in een snel tempo, ook wat leergedrag betreft.
Uit onder-zoek is gebleken dat het belangrijk is dat prikkel 1 vlak voor prikkel 2 wordt gegeven, anders werkt het niet goed. Na verloop van tijd wordt er een blijvende combinatie gemaakt en gaat de hond bij het commando "zit "ook zitten. Een hond is een gewoontedier. Door een bepaalde oefening steeds maar weer te herhalen wordt het uiteindelijk ( bij dagelijks oefenen, na ongeveer zes weken ) een automatisme Als het zover is zakt hij, zonder hulp of beloning bijna als vanzelf door zijn poten om op zijn kontje te gaan zitten na het commando "zit ".
Als hij het echter te bont maakt moet u echter nooit: ..